Eric Smit is medeoprichter en hoofdredacteur van het onafhankelijke journalistieke platform Follow the Money. Het platform heeft als doel waarheidsvinding in dienst van de samenleving: het doet onderzoek naar ‘mensen, systemen en organisaties die zich (financieel-economisch) misdragen en daarmee mogelijk schade aanrichten aan groepen in de samenleving’, zoals het op de website heet. Eric was gastspreker tijdens de afgelopen voorjaarsborrel van SIS Finance in Dauphine en maakte met zijn boeiende bijdrage de tongen los. Na afloop spraken we nog even verder met hem; wat heeft Eric zijn publiek vooral willen meegeven?
Ander verdienmodel
‘Ik denk dat het heel belangrijk is om naar het verdienmodel van accountants te kijken. Er zou een geldstroom naar controlerende accountants moeten gaan die niet direct afkomstig is van degenen die ze moeten controleren. Dat lijntje is nu nog niet doorgeknipt, en de geschiedenis leert dat dat altijd problemen oplevert. Vaak laten controlerende accountants hun oren toch hangen naar hun opdrachtgever. Dat is ook niet gek, het is heel menselijk. Maar het is hard nodig dat daar verandering in komt, omdat de controlerende accountant na alle schandalen van de laatste tijd al veel van zijn gezag verloren heeft; dat heeft de beroepsgroep al behoorlijk ondermijnd. Voor het maatschappelijk verkeer en voor onze economie is het heel belangrijk dat die autoriteit wordt hersteld. Als je de openbare stukken van een bedrijf, zoals de jaarrekening, niet meer kunt vertrouwen, dan is het einde zoek.
Het is wel heel lastig om hier iets in te veranderen, omdat met name de grote accountantskantoren systemisch voordeel hebben van de manier waarop nu gewerkt wordt. Het is dus niet te verwachten dat die verandering van henzelf uit zal gaan – die moet de wetgever in gang zetten. De controlerende functie van accountants is een wettelijk bepaalde, maatschappelijke rol. Die moet je dus wel op je willen nemen als je dit werk gaat doen. De samenleving moet ook op haar beurt wat meer waardering krijgen voor het saaie werk dat deze mensen doen, want de status van hun vak is nu wel een stuk lager dan die van consultants.
Als je zorgt voor een harde scheiding tussen controle en consultancy heb je ook minder regulering nodig. Je hoeft dan niet meer allerlei ingewikkelde regels op te tuigen om te voorkomen dat mensen in de fout gaan. Accountantscontrole wordt dan eigenlijk een soort policing. Veel mensen in het bedrijfsleven zullen daar aan moeten wennen omdat de accountant niet meer hun mattie is. Maar dat is dan niet anders; en als de boeken in orde zijn, heb je niets te vrezen.’
Grijs gebied
‘Het verdienmodel van accountants kun je redelijk makkelijk doorknippen, dat is zwart-wit. Maar verder hebben we op dit terrein toch vooral te maken met een heel groot grijs gebied. Fraude begint klein en gaat stapje voor stapje richting donkergrijs of zwart. Het is een glijdende schaal en we zitten allemaal in dat grijze gebied. Je moet je daarom bij alles wat je doet twee dingen afvragen. Ten eerste: mag het? Die vraag is rules-based. Maar de tweede vraag is: deugt het? Die vraag is principle-based. Die tweede vraag moet in mijn ogen veel vaker gesteld worden. In veel organisaties draait de mindset nog steeds om de regelgeving, waar ze zich lekker over kunnen beklagen, maar waar ze ook een paar slimme mannen en vrouwen op kunnen zetten om die te omzeilen.
Het veranderen van die mindset moet beginnen op de hogescholen en de universiteiten. Ik heb zelf economie gestudeerd, en filosofie & ethiek was een vakje van anderhalve studiepunt dat helemaal los stond van alle andere vakken. Dat zou veel centraler moeten staan, ook als het gaat over bijvoorbeeld de financiële technieken die je kunt toepassen of de ontwikkeling van heel complexe producten. Kijk bijvoorbeeld naar de woekerpolis-affaire waar we tot de dag van vandaag mee kampen. Aanbieders vroegen zich af of het kon, maar niet of het ook deugde. En je ziet dat diezelfde fout nu nog steeds gemaakt wordt. Als je dit echt duurzaam wilt veranderen, moet je met name jonge mensen eerder laten nadenken over het al of niet deugen van bepaalde handelingen of producten. Dat is een oefening die je vervolgens je leven lang moet blijven herhalen. De verleidingen liggen immers overal op de loer.
Je moet niet de illusie hebben dat je fraude ooit helemaal uit kunt bannen. Maar we kunnen wel het grijze gebied waarin we allemaal opereren, minder riskant maken. Iedereen moet een goede toolkit hebben om zich op de juiste momenten de juiste vragen te kunnen stellen.’
[Foto nieuwsbrief: Bob Bronshoff]